
We zitten nu al een week op een half onder-water-staant vlot. De kapitein en nog wat bemanningsleden hebben ons voor gehouden dat we met zijn alle naar de kust zouden gaan. Maar zij zijn de neige die enigzins een richting kunnen bepalen en vooruit kunnen komen op deze zee. Ze hebben ons hier achtergelaten zonder ookmaar iets van schuldgevoel op hun gezichten. We zijn er met steeds minder, maar ondanks dat lijkt het vlot elke dag voller te worden. De mensen om
me heen lijken steeds dichterbij te komen. En
de hongerige, dorstige, wanhopige blik in hun
ogen lijken steeds zwaarder op me te drukken.
Er zijn nog maar enkele die zich aan de
menselijke waarde voldoen. De rest van ons
lijkt meer op uitgehongerde beesten in nood
dan op de bebeschaafde mensen die we
gewend zijn.
http://www.musealeverwervingen.nl/1344/objecten/schilderijen/meesters,-vlot-van-medusa/
